Iemand die over een bruggetje wandelend het kanaal oversteekt, moet erop vertrouwen dat die brug sterk genoeg is om overganger te dragen.
Stel je voor zeg, dat je midden op de brug bent en je zakt erdoorheen.
In de auto ben je op weg ergens heen.
Iedereen die meerijdt, heeft de autogordel om.
Immers: Autogordels, vast en zeker. Ook achterin!
Dan moeten dat wel betrouwbare autogordels zijn.
Iemand die zelf wat touwwerk in zijn auto prutst, is gevaarlijk bezig. Mensen die meerijden, moeten erop kunnen vertrouwen dat de riemen die hun moeten beschermen, ook daadwerkelijk bescherming bieden.
Stel je voor zeg, dat er in een auto veiligheidsgordels zouden zitten die bij het kleinste stootje finaal doormidden breken.
Waar je op vertrouwt, dat moet vast zeker zijn.
Iemand die in de gevangenis zit en te horen krijgt dat hij vrij zal komen, moet erop vertrouwen dat men hem ook werkelijk in vrijheid zal brengen.
Stel je voor zeg dat zo iemand door de gevangenisgangen heen geleid wordt en men wijst op de deur naar de vrijheid, maar die deur blijkt stevig op slot te zitten en niemand heeft de sleutel.
Wie door de deur naar buiten mag en wil moet erop vertrouwen dat die deur open zal gaan om doorgang te geven.
Vertrouwen op de stevigheid en draagkracht van de brug om de oversteek te maken.
Vertrouwen op de stevigheid en vastheid van de gordel om je te beschermen, je op te vangen bij tegenslag.
Vertrouwen op de opengaande deur als je erdoorheen mag en wil.
Drie voorbeelden die precies passen bij een opdracht uit de Bijbel waarin God ons oproept vasthoudend te zijn.
In 2 Thessalonicenzen 2 schrijft de Here
13 Maar voor u, broeders en zusters, geliefden van de Heer, moeten wij God altijd danken. Hij heeft u als eersten uitgekozen om te worden gered door de Geest die heilig maakt en door het geloof in de waarheid. 14 Hij heeft u daartoe geroepen door het evangelie dat wij u verkondigd hebben en waardoor u zult delen in de luister van onze Heer Jezus Christus. 15 Wees standvastig, broeders en zusters, en blijf bij de traditie waarin u door ons onderwezen bent, in woord of geschrift. 16 Mogen onze Heer Jezus Christus en God, onze Vader, die ons zijn liefde heeft getoond en ons door zijn genade blijvende steun en goede hoop gegeven heeft, 17 u aanmoedigen en sterken in al het goede dat u doet en zegt.
Standvastig zijn. Standhouden.
Een riem houdt de autozitter vast.
Een brug verleent de overgang.
Een deur geeft toegang.
Wat mogen wij gelovig vasthouden om opgevangen te worden als we botsen met dingen op onze geloofsweg?
Gods Woord, zoals de Heilige Geest het geopenbaard heeft.
Wat mogen wij gelovig vasthouden om naar de overkant te wandelen?
Gods Woord, zoals de Heilige Geest het geopenbaard heeft.
Waar mogen wij gelovig van verwachten dat het ons een geopende deur naar God toe geeft, een poort wijd open staand?
Gods Woord, zoals de Heilige Geest het geopenbaard heeft.
Gods Woord geeft ons zekerheid, vastheid, niet alleen voor onze geloofsweg, ook voor ons geloofsleven, onze geloofsstandvastigheid.
Gods Woord belooft ons geen kalme rustige levensreis op de weg naar het Vaderhuis.
Gods Woord belooft ons wel een behouden aankomst.
En op de weg erheen is Gods Woord de vastheid van ons bestaan.
Die in een auto rijdt, houdt niet de gordel vast, de gordel houdt de autorijder vast. Zo houdt Gods Woord ons vast, Hij laat niet los, wat Zijn hand ook in ons leven begonnen is te doen.
Die over een brug wandelt, draagt niet de brug, de brug draagt. Zo draag het Woord van God ons, dag aan dag.
Die voor een deur staat, moet kloppen om binnen gelaten te worden, zo leren wij het onze kinderen. God zegt, dat de Here Jezus aan onze deur klopt, om bij ons binnengelaten te worden. En wie dat doet, die heeft meteen een geopende deur naar de Here God toe.
Hij houdt u vast!
Hij draagt u!
Hij leidt u naar het Vaderhuis!
Een evangelisch: houdt vast wat u hebt is zeggen: Here houdt vast wat U hebt!
Graag bid ik u een vasthouden geloofsleven toe!