Column: door Gerrit de Klein
Garen spinnende zegeltjesvreugde
Vezelgaren spinnen is het ineendraaien van losse vezels tot draad. Losse vezels van materialen als wol, vlas en katoen zijn niet geschikt om mee te weven, naaien, breien, haken of touw te slaan. Eerst moeten ze tot bruikbare draden verwerkt worden. Maar spinnen van een enkele draad maakt deze nog niet sterk genoeg ze moet deze verder bewerkt worden door te twijnen. Dat is het om elkaar heen draaien van draadjes door een tegengestelde draaibeweging van de spintol of het spinnewiel.
Bij het Chineesafhaalrestaurant is de vraag als vanzelfsprekend: kroepoek erbij. Bij de supermarktkassa: zegeltjes, spaart u voor de handdoeken, moestuintje, uitzegels, restaurantzegels, glazenzegels, badhanddoek, recreatiekorting etc. etc. etc. Vraag en aanbod spelen in op gevoel van dankbaarheid dat vreugde teweeg brengt. Dankbaar dat we iets krijgen. Gratis waren, strelen vreugdesnaren. Het addertje is iets terug willen doen. Op die viool speelt gratis. Dat we terugkomen om er opnieuw ons geld besteden voor meer gratis! Het gevoel van verdienen overstijgt het gevoel van gratis vergaren. Gevers van gulle gaven geven wol waarvan graag garen gesponnen wordt. Wie spint er garen bij het geven? De gever spint garen met gulle handen om de ontvanger in het geweven web van dankbare draden van wederkerigheid te vangen.
Dankbaarheid kun je de helft noemen van een eeneiige tweeling met genade. De valkuil is dat in het oud-menselijk-denken dankbaarheid niet alleen een voedingsbron is voor onvoorwaardelijke vreugde en blijdschap maar dat er een vergeldende wederkerigheid ontstaat. Je ,meent toch niet dat ik mijn hand ophoud! Zo zei men het wel als verantwoording voor het niet willen delen in de bedeling.
Niets is in het oud-menselijk-denken zomaar gratis, dat bestaat niet. Ja, voor niks gaat de zon op, deze zomer in royale mate! Gratis is zaaigoed voor judaspenning. We willen zelf verantwoordelijk zijn voor wie we zijn en wat we hebben. Ik doen, zelf doen, leert een mens vlugger dat laten doen. Als we iemand die in de berm van het leven met pech staat helpen is er het veelgehoorde, bijna verontschuldigende, zinnetje: ach, je wilt zelf ook graag geholpen worden bij pech. Helpen als opstap naar geholpen worden. Voorwaardelijke hulp. ’t Lijkt gratis, ’t is zegeltjeshulp, ’t is de garenspinnerij van… van u?